Hoop voor overmorgen.Droosje voor Jom Kippoer
Door:
Rabbijn Simon Bornstein®
De Torah leert ons: "Want op deze dag zal verzoening voor u gedaan worden, om u te reinigen; van al uw zonden zult u rein zijn voor de Eeuwige." (Wajikra 16:30-32). Dit vers is de kern van Jom Kippoer. Het belooft ons niet alleen vergeving, maar ook reiniging. Het is een goddelijke garantie dat, hoe ver we ook zijn afgedwaald, er altijd een weg terug is.
De Halacha, de Joodse wet, geeft ons de praktische richtlijnen voor deze dag. We vasten, we dawwenen, we onthouden ons van materiële genoegens, alles om onze ziel te verheffen boven het aardse en ons te concentreren op het spirituele. Maar het vasten is geen doel op zich; het is een middel. De profeet Jesaja zegt: "Is dit niet het vasten dat Ik verkies: de boeien van het onrecht losmaken, de banden van het juk ontbinden, de verdrukten vrijlaten en elk juk breken?" (Jesaja 58:6)
De Talmoed vertelt ons het verhaal van Rabbi Akiva, die op hoge leeftijd begon met studeren en uiteindelijk een van de grootste geleerden van zijn tijd werd. Zijn leven is een bewijs dat het nooit te laat is om te beginnen, om te leren, om te groeien. "Als je een oudere man ziet die zegt: 'Ik heb geen kracht meer om te studeren,' zeg dan: 'Je hebt de kracht om te studeren!'" (Avot de Rabbi Nathan 06:02). Dit principe geldt ook voor Tesjoevah. Het is nooit te laat om terug te keren, om te verbeteren, om hoop te koesteren voor overmorgen.
Laten we deze Jom Kippoer gebruiken om niet alleen te reflecteren op het verleden, maar ook om onze blik te richten op de toekomst. Laten we bidden voor een jaar van vriendschap, gezondheid en voorspoed. Laten we ons voornemen om meer liefde, meer begrip en meer vriendelijkheid in de wereld te brengen. Moge onze gebeden worden aanvaard, moge onze Tesjoevah oprecht zijn, en moge Hasjem ons allen zegenen met een goed en zoet jaar.
Gmar Chatima Tova.