dinsdag 9 mei 2023

PARASHAH VAN DE WEEK: EMOR


Door: Rabbijn Simon Bornstein®

In deze blogpost wil ik een korte exegese geven van een vers uit de parashah van deze week, Emor. Emor betekent "spreek" en het gaat over de speciale wetten die gelden voor de kohaniem (priesters), de kohen gadol (hogepriester) en de dienst in de Tempel. Het beschrijft ook de bijbelse feestdagen van Pesach, Sjavoeot, Rosj Hasjana, Jom Kipoer en Soekot, en eindigt met een verhaal over een godslasteraar en zijn straf.


Het vers dat ik wil bespreken is Leviticus 23:22:


"En wanneer gij de oogst van uw land binnenhaalt, zult gij de rand van uw veld bij uw oogst niet geheel afmaaien, en wat van uw oogst is blijven liggen, zult gij niet oplezen; voor de arme en voor de vreemdeling zult gij het laten liggen: Ik ben de Eeuwige, uw God."


Dit vers maakt deel uit van de wetten over Sjavoeot, het Wekenfeest, dat zeven weken na Pesach wordt gevierd. Op Sjavoeot wordt de eerste tarweoogst binnengehaald en worden er twee broden als offer gebracht in de Tempel. Het vers leert ons dat we niet al onze oogst voor onszelf mogen houden, maar dat we een deel moeten achterlaten voor de armen en de vreemdelingen die in ons land wonen.


Wat is de betekenis van dit vers? Waarom wordt deze wet juist hier gegeven, tussen de feestdagen? En wat heeft het te maken met Sjavoeot?


Een mogelijke uitleg is dat dit vers ons eraan herinnert dat we niet alleen dankbaar moeten zijn voor onze materiële zegeningen, maar ook voor onze spirituele zegeningen. Sjavoeot is niet alleen het feest van de oogst, maar ook het feest van de Tora, die we op die dag hebben ontvangen op de berg Sinaï. De Tora is ons geestelijk voedsel, dat ons leven richting en betekenis geeft. Net zoals we een deel van onze oogst moeten delen met de armen en de vreemdelingen, zo moeten we ook een deel van onze Tora delen met hen die hongerig zijn naar kennis en wijsheid. We mogen niet egoïstisch zijn met onze Tora, maar we moeten het leren en onderwijzen aan anderen, zodat iedereen kan genieten van het woord van God.


Een andere mogelijke uitleg is dat dit vers ons leert om nederig en genereus te zijn. Soms kunnen we denken dat we alles te danken hebben aan onze eigen inspanning en verdienste. We kunnen trots zijn op onze oogst en vergeten dat het God is die ons het land, het zaad, de regen en de zon heeft gegeven. We kunnen ons afsluiten voor de noden van anderen en alleen aan onszelf denken. Dit vers waarschuwt ons voor deze houding en zegt ons dat we altijd een rand van ons veld moeten overlaten voor de arme en de vreemdeling. We moeten erkennen dat alles wat we hebben een geschenk is van God en dat we daarom verplicht zijn om te delen met onze medemensen. We moeten barmhartig zijn zoals God barmhartig is.


Dit zijn slechts twee mogelijke interpretaties van dit vers. Er zijn nog vele andere manieren om dit vers te begrijpen en toe te passen op ons leven. Ik nodig u uit om zelf verder te studeren en te ontdekken wat dit vers voor u betekent. Ik wens u een gezegende Sjavoeot en  een fijne zelfstudie van de parashah! Goed Sjabbes!


#BIJEENKOMST "#SOLIDAIR MET# ISRAËL"

Door: #Rabbijn #Simon #Bornstein ® Na de verschrikkelijke aanval op Israël hebben Joodse organisaties in Nederland, waaronder de Joodse Ge...