Op 12 juni 2025 vond het Stadsgesprek plaats met als centraal thema de bestaanszekerheid van jongeren. Dit evenement, georganiseerd om aandacht te vragen voor de groeiende problematiek van armoede, schulden en onveilige thuissituaties onder jongeren in de stad, benadrukte de noodzaak van vroegtijdige en betrokken ondersteuning die aansluit bij hun leefwereld. Het gesprek bracht diverse experts en belanghebbenden samen om oplossingen te bespreken en de urgentie van de situatie te onderstrepen
De bijeenkomst werd ingeleid door Aisa Amagir, directeur-bestuurder van Kenniscentrum Ongelijkheid. Zij schetste een beeld van de huidige situatie, waarbij ondanks de vele kansen die de stad biedt, een aanzienlijke groep jongeren worstelt met fundamentele bestaansonzekerheden. Amagir benadrukte dat deze problemen niet alleen individuele jongeren treffen, maar ook bredere maatschappelijke gevolgen hebben, zoals verminderde participatie en een toename van sociale ongelijkheid. Haar inleiding legde de basis voor een diepgaand gesprek over de oorzaken en mogelijke interventies.
Na de inleiding volgde een discussie met Wendy Wesseling, ontwikkelingspsycholoog en onderzoeker aan de Hogeschool van Amsterdam. Wesseling deelde inzichten vanuit haar onderzoek naar de psychologische impact van armoede en onzekerheid op de ontwikkeling van jongeren. Ze belichtte hoe stress, onveiligheid en gebrek aan perspectief de cognitieve en emotionele ontwikkeling kunnen belemmeren, wat leidt tot langdurige gevolgen voor hun welzijn en toekomstperspectieven.
Haar bijdrage onderstreepte het belang van een holistische benadering die niet alleen financiële problemen aanpakt, maar ook aandacht heeft voor de mentale gezondheid van jongeren.
Ook Jolanda Oudshoorn, portefeuillehouder bestaanszekerheid bij Jeugdbescherming Regio Amsterdam, nam deel aan het gesprek. Oudshoorn bracht de praktijkervaringen van Jeugdbescherming in, waarbij zij de complexiteit van de problematiek en de uitdagingen bij het bieden van effectieve ondersteuning uiteenzette. Ze benadrukte de noodzaak van een integrale aanpak waarbij verschillende instanties samenwerken om jongeren en hun gezinnen te ondersteunen. Oudshoorn pleitte voor een vroegtijdige signalering en interventie, waarbij de leefwereld van de jongere centraal staat en er ruimte is voor maatwerkoplossingen.
Tijdens het Stadsgesprek kwamen diverse knelpunten en mogelijke oplossingen aan bod. Er werd gesproken over de rol van onderwijs, gemeentelijke diensten, jeugdzorg en maatschappelijke organisaties in het creëren van een vangnet voor kwetsbare jongeren. De consensus was dat een gecoördineerde en preventieve aanpak essentieel is om de bestaanszekerheid van jongeren te verbeteren. Dit omvat niet alleen financiële hulp, maar ook psychosociale ondersteuning, huisvesting en toegang tot onderwijs en werk. De deelnemers benadrukten de noodzaak van investeringen in jeugdbeleid en het versterken van de samenwerking tussen alle betrokken partijen. Het Stadsgesprek van 12 juni 2025 heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan het agenderen van dit cruciale maatschappelijke vraagstuk en het stimuleren van concrete acties om de bestaanszekerheid van jongeren te waarborgen.
ROL VAN DE RABBIJN
De rol van een geestelijk verzorger, met name een rabbijn, bij de bestaanszekerheid van jongeren, en dan specifiek studenten, in relatie tot schulden is veelzijdig en cruciaal. Geestelijke verzorging richt zich op de existentiële, spirituele en ethische aspecten van het leven, die vaak onder druk komen te staan bij financiële problemen zoals schulden. Voor jongeren, en in het bijzonder studenten, die zich in een vormende levensfase bevinden, kunnen schulden niet alleen materiële gevolgen hebben, maar ook leiden tot stress, angst, isolement en een gevoel van falen, wat hun algehele welzijn en toekomstperspectieven beïnvloedt.
De geestelijk verzorger, in dit geval een rabbijn, kan een belangrijke rol spelen in het bieden van emotionele en spirituele ondersteuning. Dit omvat het luisteren naar de zorgen van studenten zonder oordeel, het bieden van een veilige ruimte voor reflectie en het helpen bij het vinden van innerlijke kracht en veerkracht. Vanuit een Joods perspectief is er een sterke nadruk op tzedakah (gerechtigheid/liefdadigheid) en chesed (liefdevolle vriendelijkheid), wat de rabbijn motiveert om actief bij te dragen aan het welzijn van de gemeenschap, inclusief degenen die met financiële moeilijkheden kampen. De rabbijn kan studenten helpen omgaan met schaamte en stigma die vaak gepaard gaan met schulden, en hen eraan herinneren dat hun waarde niet afhangt van hun financiële situatie. Dit kan door middel van individuele gesprekken, maar ook door het organiseren van groepsbijeenkomsten waar studenten ervaringen kunnen delen en steun bij elkaar kunnen vinden.
Daarnaast kan de rabbijn een brugfunctie vervullen naar professionele hulpverlening. Hoewel een geestelijk verzorger geen financieel adviseur is, kan hij of zij studenten wel doorverwijzen naar schuldhulpverleningsinstanties, budgetcoaches of maatschappelijk werkers. De rabbijn kan fungeren als een eerste aanspreekpunt, waarbij de drempel om hulp te zoeken verlaagd wordt. Dit is vooral belangrijk voor studenten die mogelijk niet weten waar ze terechtkunnen of die aarzelen om hulp te vragen. De rabbijn kan ook pleiten voor beleidsveranderingen binnen onderwijsinstellingen of gemeenten om de bestaanszekerheid van studenten te verbeteren, bijvoorbeeld door te wijzen op de noodzaak van betaalbare huisvesting of toegankelijke financiële ondersteuning.
Een ander aspect is de educatieve rol. De rabbijn kan, vanuit religieuze en ethische teksten, lessen aanbieden over verantwoord omgaan met geld, het belang van sparen en het vermijden van onnodige schulden. De Joodse traditie kent diverse principes en wetten die betrekking hebben op financiële ethiek, zoals het verbod op ribbit (woekerrente) en de nadruk op eerlijkheid in handel en financiën. Deze lessen kunnen studenten helpen om een gezonde financiële mindset te ontwikkelen en preventief te handelen om schulden te voorkomen. Dit kan gebeuren in de vorm van workshops, lezingen of informele gesprekken binnen het studentenpastoraat. Het doel is niet alleen om acute problemen aan te pakken, maar ook om studenten te equiperen met vaardigheden voor de lange termijn.
Tot slot speelt de rabbijn een rol in het bevorderen van gemeenschapszin en solidariteit. Binnen het studentenpastoraat kan een gemeenschap worden gecreëerd waar studenten zich gesteund voelen en waar onderlinge hulp en begrip centraal staan. Dit kan variëren van het organiseren van gezamenlijke maaltijden tot het opzetten van een noodfonds voor studenten in acute financiële nood. Het gevoel deel uit te maken van een ondersteunende gemeenschap kan de psychologische last van schulden aanzienlijk verminderen en bijdragen aan een gevoel van hoop en perspectief. De aanwezigheid van een rabbijn in het studentenpastoraat biedt een unieke combinatie van spirituele diepgang, ethische begeleiding en praktische ondersteuning, essentieel voor de bestaanszekerheid van jongeren in een complexe financiële wereld.