In een wijkopbouwcentrum
organiseerde de Aleviteische gemeenschap een rondetafelgesprek met Rabbijn Simon Bornstein omtrent islamofobie
en antisemitisme om door kennisoverdracht, ontmoeting en dialoog helderheid te
kweken rond deze vormen van xenofobie.
Ondanks het stralende
nazomerzonnetje en een temperatuur van 21 graden kwamen zevenentwintig personen
opdagen. Een nette opkomst. Na het warme welkom door de voorzitter van de
vereniging opende een lid van het Inspraakorgaan Turken zijn inleiding ondersteund
door een Turkstalige power point presentatie. Hierbij werd uiteengezet hoe antisemitisme
en islamofobie gedefinieerd kunnen worden. Voorts werd ingegaan op de
geschiedenis van de Alevieten.
Rood gekleurd de Alevietische populaties in Turkije
De Alevieten of علوية hebben
een lange geschiedenis als minderheid in het Ottomaanse rijk en binnen de
Republiek Turkije. De ideologie van de Alevieten werd door Mohammed Ibn Nusajr
omstreeks het jaar 840 van de burgerlijke jaartelling geïntroduceerd. Een van
de voornaamste Alevietische voormannen was Hoesajn Ibn Hamdan Alkasabie. Alkasabie
overleed rond het jaar 960, gedurende de regering van de Hamdanidische dynastie
(tussen de jaren 905-1004 van de burgerlijke jaartelling). De Alevieten zijn
een groepering die wordt geassocieerd met de Sjie’ietische islam.
De groep Alevieten ontleent zijn naam aan Ali,
de schoonzoon, tevens neef van de islamitische profeet. Na de val van de Sjie’ietische
heerschappij in delen van het huidige Syrië en Turkije verloren de Alevieten
hun voorname politieke en economische invloed op het landsbestuur in deze
streken. Zij werden nu vervolgd door leiders van Soenietisch-islamitische
groeperingen. Eeuwen lang trotseerden de Alevieten de slechte behandeling door
achtereenvolgens de Europese Kruisridders, Mammelukken en de Ottomaanse
overheersers.
Hoewel Alevieten zichzelf als
Moslims definiëren, noemt een aantal Soenietische en sommige Sjie’itische
theologen hen afvalligen of ketters. Ook in het huidige Turkije heeft deze
minderheidsgroepering het zwaar te verduren. In het bijzonder in het economisch
verkeer en op de arbeidsmarkt worden Alevieten gediscrimineerd.
De Alevieten waren omstreeks de
twaalfde eeuw goed gesitueerd in Turkije en Syrië. De doctrine van de Alevieten
is gebaseerd op het toekennen van een religieuze betekenis aan Ali. In deze
doctrine maakt Ali deel uit van een heilige drie-eenheid die overeenkomsten
vertoond met het christendom. De Alevieten interpreteren de vijf zuilen van de
islam als louter symbolisch, praktiseren deze dus niet.
Hun feestdagen komen overeen met
sommige christelijke en islamitische feestdagen en Alevieten beschouwen
zichzelf soms als een overgangsvorm tussen islam en christendom. Voornamelijk definiëren
zij zich als onderdeel van het Sjie’isme. In Nederland zijn de Alevieten de op de Soenieten na grootste godsdienstige groepering binnen de Turkse migrantenpopulatie, het gaat daarbij om circa 80.000 mensen.
Rabbijn Simon Bornstein ging
tijdens deze bijeenkomst in op de geschiedenis en bestaande vormen van
antisemitisme en islamofobie. Er bleek veel onkunde te bestaan onder de
deelnemers aan het rondetafelgesprek die de vragensessie gaarne gebruikten om
stevig door te vragen naar de Joodse godsdienstige praxis.
Eén deelnemer acteerde als agent provocateur en stelde vragen die rechtstreeks
gebaseerd zijn op propagandaverhalen uit Turkije en het sommige delen van het Midden-Oosten.
Vragen als ‘Waarom hebben de Joden alle macht in de wereld in handen? ‘Waarom
hebben de Joden tegenwoordig zoveel wapens?’ ‘Hoe komt het dat de Joden de
wereldeconomie bepalen?’ zijn direct afkomstig uit de
antisemitische propaganda die een Rabbijn niet direct met Alevieten als
vervolgde of gediscrimineerde minderheid in verband zou willen brengen.
Met de overige twintig aanwezigen volgde een levendige en aangename uitwisseling. Deelnemers gaven aan dat zij als Aleviet zo hun eigen confrontaties en problemen tegenkomen met radicaal Salafistische interpretaties van de islam, niet louter in Turkije, maar ook gewoon in Nederland.
Met de overige twintig aanwezigen volgde een levendige en aangename uitwisseling. Deelnemers gaven aan dat zij als Aleviet zo hun eigen confrontaties en problemen tegenkomen met radicaal Salafistische interpretaties van de islam, niet louter in Turkije, maar ook gewoon in Nederland.
Aanwezigen en bestuur van de Alevietische vereniging gaven te kennen deze dialoog verder te willen verdiepen door een tweede rondetafelgesprek te willen organiseren, evenals een bezoek aan de Alkmaarse Synagoge. Tot slot volgde een fijn belegd broodje, een glas Turkse karnemelk en speelde een deelnemer een
aantal vrolijk aangename deuntjes op diens Saz.