zaterdag 7 maart 2020

#Rabbijn Jehoede Leib over #POERIEM; de kracht van #integriteit


Door: #Rabbijn #Simon #Bornstein®

Ter voorbereiding op de viering van het #Poeriemfeest op de avond van negen en de gehele dag op de tiende maart bestuderen we het derde hoofdstuk van het Seifer Aur HeChodeisj (Praag 1600) van Rabbijn Jehoede Leib Löw (circa 1526-1609). Een oom van deze beroemde geleerde was Rabbijn Jangakauv Ben Chojiem, die functioneerde als Reichsrabbiner, een zeer prominente functionaris benoemd en erkend door het Heilige Römische Reich Deutscher Nation.



Wanneer we het bovengenoemde werk opslaan, dan verdiepen we ons in de derde Perrek (hoofdstuk) van de Megille (Tenach: Boekenrol van Esther). Hier weigert Mordechaj te buigen voor de Perzische onderkoning Homan.

Een reeks functionarissen uit de hofhouding van de Perzische vorst confronteren Mordechaj en zij wijzen hem op de wettelijke plicht om te buigen. “Om welke reden buigt u zich niet voor de onderkoning Homan, terwijl een ieder ander dit wel doet?” De Megille meldt: dat de dienaren des konings de toenmalige Perzische overheid meldden dat hij niet buigt voor de onderkoning, omdat hij een trotse Jood was.

De Medrasch in Esther Rabbe vult deze dialoog in:

1) De Kinderen van Rachel werden in een andere generatie op de zelfde wijze getest en uitgedaagd. Zij werden ook tot leiders van Israël en redders van hun volk. Zij werden op prominente plaatsen in de maatschappij benoemd.

2) Hetzelfde ook met Joseif die in zijn generatie niet boog voor de vrouw van zijn eigenaar Potifar, toen hij weigerde om een zonde te begaan door eventueel met haar te slapen.

Evenals in de casus met Homan in de Megilles Esther wordt Mordechaj in het Poeriem verhaal benoemd tot onderkoning van Perzië door Achasjwerausj, Mellech Parasj. Als teken van deze benoeming ontving hij een zegelring horende tot zijn waardigheid als nieuwe onderkoning. Ook Joseif ontving een zegelring van de Farao toen hij onderkoning van Egypte werd.

Toen Mordechaj werd benoemd als onderkoning van Perzië, werd hij gekleed in de vorstelijke kleding horende bij de prominente functie, hij reed op een paard door de hoofdstad en voor hem uit liepen functionarissen die luid uitriepen dat hij benoemd was als onderkoning, om het publiek langs de route te informeren.

Zo ook gebeurde het met Joseif bij diens benoeming als onderkoning van Egypte, daar liepen voor zijn tournee door de hoofdstad koninklijke boodschappers voor de processie uit die riepen “Ziet hier de Owreich!”

De Jehoede is het verboden om een persoon te aanbidden wie zich zelf een godheid noemt. Ook wanneer dit in een omgeving gebeurt, zoals de hofhouding van een regerend vorst, is dit verboden. Het is godsdienstige wetgeving verboden te buigen voor een mens.

Mordechaj antwoordde dat hij niet slechts een Jehoede was, maar dat hij afstamde van de Stam Benjomien, Benjomien die was geboren in Eretz Jiesro’eil. “Onie Iesj Jemienie!”: Ik ben een man van de stam Benjomien.

Daarmee stelde Mordechaj duidelijk af te stammen van die ene zoon van Jangakauv: Benjomien. De Sjeiwes Benjomien (stam Benjomien) heeft nimmer voor een mens gebogen.

Dit werd ook medegedeeld aan de onderkoning Homan van Perzië. Hierop antwoordde Homan ga terug naar Mordechaj, zijn grootvader boog voor mijn grootvader. Homan was volgens deze Medrasch een afstammeling van Amolek en van Eisov, voor wie volgens Mordechaj, Jangakauv heeft moeten buigen.

Hiermee claimde  Homan een historisch precedent te hebben om gezag over de dynastie van Mordechaj uit te kunnen oefenen. Mordechaj ontkende hierop dat Jangakauv of Benjomien ooit gebogen hebben voor welk mens of voor welke gezaghebber dan ook. ‘Ik, Mordechaj, stam af van deze Benjomien!’

Joseif zal niet wijken van zijn standpunt, hij zal nimmer buigen. Zo ook met Mordechaj. Deze personen zijn als een plaats waar de Sjechieno rust, de Goddelijke Aanwezigheid. Zoals ook de Beis HeMiekdosj een plaats had in het territorium van Sjeiwes Benjominie, zo ook rust Gods Kedoesje op Joseif en Mordechaj.

De heiligheid Gods en personen als Joseif of Mordechaj zijn onscheidbaar, zij kunnen niet bewogen worden tot het afwijken van de Joodse ethiek.

Zo weigert Joseif de immorele daad te plegen door de bijslaap van de echtgenote van zijn eigenaar-werkgever te worden, hij verwijdert zich van deze uitdaging. Zijn moraliteit is beproefd, zijn integriteit rotsvast. Zo ook Mordechaj.

Hieruit kan worden geleerd wat de waarde is van persoonlijke integriteit. 

De waarde van het begaan van Gods wegen, vast te houden aan hun Schepper en zijn Tauro. Hun beloning was het een prominente maatschappelijke positie te verkrijgen; het vertrouwen te mogen genieten van de regerende staatshoofden in Perzië en Mietsrojiem.

Joseif, en ook Mordechaj, verkregen hun bevoegdheden van hem alleen die hen dezen kon opdragen; het staatshoofd. Dit is uitsluitend mogelijk door met de Mellech HaMlochiem, de Koning over koningen, te staan.

Hun Godsvertrouwen, hun moraliteit, hun complete persoonlijke integriteit werd beloond met het verkrijgen van het zegel, de ring van hun werkgever.  

Trouw aan de Schepper, Zijn Tauro en Traditie, een gezonde en positieve Joodse identiteit verdienen (maatschappelijk) respect.

Tot zover een belangrijke levensles, a Git Poeriem!


----------------------------------------------

Tags:

#Poeriem #Integriteit #Moraliteit #Vasthoudendheid #ethiek #Torah #Traditie #Jodendom #feestdag #Esther ##godsvertrouwen #Perzië #Rabbijn #Reichsrabbiner #Lotenfeest